Varken

Het (tamme) varken (Sus scrofa domesticus, Sus domesticus) is een zoogdier uit de familie der varkens (Suidae). In 1777 publiceerde Johann Christian Polycarp Erxleben de wetenschappelijke naam Sus domesticus voor het gedomesticeerde varken, als de naam voor een soort.[1] Veel auteurs beschouwen het tamme varken echter als een gedomesticeerd wild zwijn (Sus scrofa Linnaeus, 1758) en benoemen het als een ondersoort ervan. In dat geval is de wetenschappelijke naam Sus scrofa domesticus Erxleben, 1777. Varkens werden 5000 tot 6000 jaar geleden gedomesticeerd. In Nederland leven ruim 20 miljoen[2] en in België 6,7 miljoen varkens.

In grote delen van de wereld zijn varkens verwilderd geraakt (bijvoorbeeld in Nieuw-Zeeland en op eilandjes in de Grote Oceaan). Vroege Westerse zeevaarders (waaronder de VOC) hebben bewust varkens uitgezet, bij voorkeur op eilanden, om een duurzame voedselvoorraad te garanderen. De varkens hebben daar grote ecologische schade toegebracht en doen dat in veel gevallen nog steeds.

Een jong varken wordt een big genoemd, een vrouwtjesvarken een zeug en een mannetjesvarken een beer. Een barg of borg is een gecastreerd mannetjesvarken. Een gelt is een vrouwtjesvarken dat nog niet geworpen heeft. In bepaalde regio's van Vlaanderen en Nederlands-Limburg (vroeger ook in Nederlands Brabant) spreekt men van kuus of kuusj. Een keu is regiolect voor een jong varken of big.

Het varken wordt massaal gefokt om zijn vlees. In Nederland en België worden varkens voornamelijk in de intensieve varkenshouderij gehouden, maar er zijn ook alternatieven zoals de biologische varkenshouderij en de scharrelvlees varkenshouderij. In de intensieve veehouderij worden varkens gehouden in vrij kale hokken met vaak minder dan 1 m² ruimte per dier. In dergelijke hokken kunnen varkens hun natuurlijke gedrag, zoals wroeten en zoelen slechts in zeer beperkte mate uitvoeren. Omdat verveling bij varkens gemakkelijk aanleiding geeft tot gedragsproblemen zoals oor- en staartbijten worden de staarten vaak op jonge leeftijd gecoupeerd. Als een varken 6 maanden oud is (en inmiddels ongeveer 100 kg weegt), is het rijp voor de slacht. Varkens die niet geslacht worden, kunnen tot 12 à 13 jaar oud worden. Een varken zet zo'n 35 % van zijn voedsel om in vlees. Bijna alle delen van een varken kunnen door mensen worden gegeten.

Varkens worden ook als huisdier gehouden. Het zijn intelligente, nieuwsgierige, relatief schone en sociale dieren en ze zijn goed te trainen. Het bekendste ras dat voornamelijk in kinderboerderijen en binnenshuis wordt gehouden is het kleine hangbuikzwijn of minivarken. Het houden van huisvarkens is in zwang gekomen gedurende de tweede helft van de 20ste eeuw en is de laatste jaren nog populairder geworden in enkele westerse landen.

Reactie plaatsen

Reacties

Er zijn geen reacties geplaatst.

Maak jouw eigen website met JouwWeb